Tenen schrapen moed bijeen, loeren lillend over de rand
van een ruwe, blauwe tong. Meer dan tien meter diep
sidderen vijfentwintigmeterlijnen op de bodem
met me mee. Dacht ik nu echt dat chloor
mijn overlevingsdrift zou bedwelmen?
Achter m’n rug rollen ogen mij
de afgrond in. Ik wil wel maar
de knieën knikken nee.
meer uit de reeks Gruis