Mist veegt de horizon uit achter je akker,
likt je kleren koud terwijl de kraaien dansen
op de restwaarde van je land.
Je ogen staan blank.
Een nieuwe schrikdraad gespannen door de vrije markt,
marges stromen van voor naar sloot.
Je kijkt naar je wortels
van vingers. Wanneer verdween de schittering
in je gouden ring? Trouw blijf je
aan de monden die je voeden wil,
ook al voelt je lijf als vreemd
vermogen.