hij heeft een steen op de tong
een vinger glijdt over nerven
geeft klank aan de harde braille
krom verhaal uit verwarring van tijdloos tij
alsof hij een droom ontwart
vervlochten lijnen uit de knoop haalt
het sediment in de steen
open legt als een boek van been
hij glimlacht om zijn stenen tafels
uit het diepe dal van de droom
hoe hel en hemel met hem aan de haal gaan
neerslaande stoom van een hersenmachine
cryptogram van onbestemde lettergrepen
beelden uit gehusselde archieven van zijn hoofd
verspringende neuronen in ontregelde dans
een tong met smeltstof van steen
hij heeft extra koffie nodig
en water de hele dag lang
zijn tong een grasveld waar kraaien wormen pikken
en dolle spelletjes spelen met het gruis